Gebruik van hijskettingen
Voor het eerste gebruik
Voor je de hijsketting voor het eerst in gebruik neemt, is het belangrijk je ervan te verzekeren dat:
a) de ketting overeenkomt met de bestelling.
b) je het certificaat van de fabrikant bij de hand hebt.
c) de identificatie en WLL op de ketting overeenkomen met de gegevens op het certificaat.
d) alle details van de ketting zijn opgenomen in het register van hijskettingen.
e) de ketting geschikt is voor het beoogde gebruik.
Veilig hijsen
Voorbereiding voor het hijsen
Voordat je begint met hijsen, zorg je ervoor dat de last vrij kan bewegen en niet is vastgeschroefd óf op een andere manier wordt belemmerd. Het kan nodig zijn om beschermingsmiddelen te gebruiken op plaatsen waar de ketting in contact komt met de hijslast. Dit kan zijn om de ketting en/of de last te beschermen. Scherpe randen of hoeken van hard materiaal kunnen immers de ketting verbuigen of beschadigen, maar de ketting kan ook de lading beschadigen door de hoge contactdruk. Om deze schade te voorkomen, gebruik je hoek- of randbeschermers tijdens het hijsen.
Om (gevaarlijk) slingeren van de last te voorkomen en om de last te positioneren voor het laden, bevelen we een stuurlijn of tag-line aan.
Wanneer een last plotseling wordt versneld of afgeremd, ontstaan er dynamische krachten die de spanningen in de ketting verhogen. Vermijd dit soort situaties, die ontstaan door bijvoorbeeld schokbelasting. Dit gebeurt bijvoorbeeld doordat de slappe ketting niet wordt opgenomen voor het hijsen begint of door de schok van een vallende last die tot stilstand wordt gebracht.
Massa van de lading
Het is essentieel dat de massa (het eigen gewicht) van de te hijsen last bekend is.
Zwaartekracht
We gaan er vanuit dat het bevestigingspunt of aanslagpunt van de haak van de hijsmachine direct boven het zwaartepunt van de last bevindt.
Het is belangrijk om de positie van het zwaartepunt van de last ten opzichte van alle bevestigingspunten van de hijsketting te bepalen. Om de last zonder overmatige rotatie of kanteling van de last te kunnen hijsen, moet je aan de volgende voorwaarden voldoen:
a) Voor enkele kettinglengen en eindloze-hijskettingen moet het bevestigingspunt aan de last en hijshaak zich verticaal boven het zwaartepunt bevinden.
b) Voor ketting 2-sprongen moeten de bevestigingspunten van de last zich aan weerszijden en het aanslagpunt van de hijshaak boven het zwaartepunt bevinden.
c) Voor ketting 3- en 4-sprongen moeten de bevestigingspunten van de last in het vlak rond het zwaartepunt liggen. Het verdient de voorkeur dat de gewichtsverdeling gelijk is en dat het aanslagpunt van de hijshaak zich boven het zwaartepunt bevinden.
Bij gebruik van 2-, 3- en 4-sprongs hijskettingen kies je de bevestigingspunten en de configuratie van de ketting zodanig dat de buitenhoek van de parten van de ketting binnen het bereik vallen dat op de ketting staat aangegeven. Bij voorkeur zijn alle hoeken van de parten ten opzichte van de verticaal (hoek ß) gelijk.
Vermijd hoeken ten opzichte van de verticaal β van minder dan 15° zoveel mogelijk, omdat ze zorgen voor een aanzienlijk groter risico op onbalans van de last.
Alle meersprong-hijskettingen oefenen ook een horizontale krachtcomponent uit (zie afbeelding) die toeneemt naarmate de hoek tussen hijsparten (en dus ook de buitenhoek β) groter wordt. Zorg er altijd voor dat de te verplaatsen last de horizontale krachtcomponent kan weerstaan zonder beschadigd te raken
Verbindingsmethode
Een hijsketting bevestig je gewoonlijk aan de last en de hijsmachine met behulp van eindverbindingen zoals topschalmen, haken en sluitingen. Kettingen mogen niet gedraaid of geknoopt zijn. De eindverbinding aan de bovenzijde van de ketting moet goed in de hijshaak worden aangeslagen en moet goed in de buik van de hijshaak liggen, nooit op de punt van de haak of vastgeklemd in de bekopening. Hetzelfde geldt voor de eindverbindingen aan de onderzijde van de ketting. Deze moeten vrij in elke richting kunnen hellen om buigen / torderen te voorkomen.
De ketting mag onder de last door of er doorheen worden geleid om een strop te vormen. Als er gevaar is dat de last gaat kantelen, is het mogelijk om meer dan één hijsketting te gebruiken in een mandkoppeling. Doe dit bij voorkeur in combinatie met een hijsbalk / hijsevenaar.
Wanneer je de hijsketting gestropt gebruikt, moet de ketting zijn natuurlijke hoek kunnen aannemen en mag hij niet worden platgeslagen.
Hijskettingen kun je op verschillende manieren aan de last bevestigen
Enkel direct
Bij een enkele directe hijsketting verbind je de onderste eindverbinding rechtstreeks met de bevestigingspunten. Selecteer haken en bevestigingspunten zodanig dat de last wordt gedragen op de plaats waar de haak zit en dat je tipbelasting van de haak vermijdt. Bij meersprong-kettingen moeten de haakpunten naar buiten wijzen, tenzij de haken specifiek zijn ontworpen voor ander gebruik.
Gestropt
Bij een gestropte hijsketting worden de kettingen door of onder de last doorgevoerd en wordt de onderste eindverbinding aan de ketting gehaakt of gestropt. Deze methode kan je gebruiken als er geen geschikte bevestigingspunten zijn. Het voordeel hiervan is dat de ketting de last samenbindt. Bij gebruik van een gestropte niet eindloze hijsketting mag de maximale werklast (WLL) van de ketting niet meer zijn dan 80% van de aangegeven waarde.
U-lift – Hijsen in de mand
Voor deze methode bestaat geen korte Nederlandse term. De U-lift methode wordt in de hijswereld ook wel hijsen in de mand of in de broek genoemd. Bij een U-lift leid je de hijsketting door of onder de last, de ketting uiteinden worden beide verbonden met de topschalm of rechtstreeks met de haak van de hijsmachine. Over het algemeen zijn voor deze methode twee of meer hijskettingen nodig. Je mag deze methode niet gebruiken voor het hijsen van lasten die niet bij elkaar worden gehouden. Als de geometrie van de last het toelaat, kan je een enkele directe ketting gebruiken op voorwaarde dat de ketting direct boven het zwaartepunt van de last door de last loopt.
Wikkel- en strop- of wikkel- en mandsteek
Deze methoden zijn afgeleid van de gestropte en de U-lift methode en zijn bedoeld om losse bundels extra te beveiligen, door een extra lus of ketting volledig rondom de last.
Als je een twee- of meersprong-ketting gebruikt in een gestropte ophanging of een wikkel- en kettingophanging, is voorzichtigheid geboden: a) als het belangrijk is om te voorkomen dat er een koppel aan de last wordt gegeven, om de stroppen uit te lijnen; of b) als het belangrijk is om te voorkomen dat de last gaat rollen of zijwaarts beweegt wanneer deze voor het eerst wordt gehesen, zorg er dan voor dat ten minste één leng langs beide zijden van de last loopt.
Symmetrie van belasting
De maximale werklast (WLL) voor hijskettingen met verschillende afmetingen en configuraties zijn bepaald op basis van symmetrische belasting van de hijsketting. Dit betekent dat wanneer je de last hijst, de lengen van de ketting symmetrisch in het vlak zijn geplaatst en dezelfde hoeken maken ten opzichte van de verticaal.
Als bij een driesprong-ketting de lengen niet symmetrisch in het vlak liggen, komt de grootste spanning op de leng waar de som van de hoeken ten opzichte van de aangrenzende lengen het grootst is. Hetzelfde effect treedt op bij viersprong-kettingen. Daarbij komt dat je ook rekening moet houden met de stijfheid van de last. Bij een stijve last wordt het grootste deel van de massa gedragen door slechts drie of soms zelfs twee lengen. De resterende lengen dienen dan om de last te balanceren.
Als bij 2-, 3- en 4-sprongkettingen de lengen een andere hoek maken ten opzichte van de verticaal, zit de grootste spanning in de leng met de kleinste hoek ten opzichte van de verticaal. In het uiterste geval, als één leng verticaal is, draagt deze alle last.
Als er een gebrek aan symmetrie in het vlak is én als er ongelijke hoeken zijn ten opzichte van de verticaal, gaan de twee effecten samen. Dit kan betekenen dat de effecten cumulatief zijn ofwel elkaar tenietdoen. Je mag veronderstellen dat de belasting symmetrisch is als aan alle volgende voorwaarden is voldaan en de belasting minder is dan 80% van de opgegeven WLL:
a) de hoeken van de afzonderlijke kettinglengen ten opzichte van de verticaal zijn niet minder dan 15°; en
b) de hoeken van de kettinglengen ten opzichte van de verticaal zijn minder dan 15° ten opzichte van elkaar; en
c) bij 3- of 4-sprongkettingen zijn de hoeken in het vlak niet meer dan 15° van elkaar afwijken.
Als de hijsketting niet aan alle bovenstaande parameters voldoet, beschouwen we de belasting als asymmetrisch. Laat in dat geval een gekwalificeerd expert de veilige nominale belasting van de hijsketting bepalen. Als alternatief kun je bij een asymmetrische belasting van de hijsketting de opgegeven WLL halveren.
Als de last de neiging heeft om te kantelen, is het van belang om deze omlaag te brengen en de bevestiging te wijzigen. Dit kun je doen door de bevestigingspunten te verplaatsen of door een compatibele inkorting te gebruiken in een of meer van de lengen. Gebruik dergelijke inkort-mogelijkheden alleen volgens de instructies van Mennens.
Veilig hijsen
Houd handen en andere lichaamsdelen uit de buurt van de ketting om letsel te voorkomen tijdens het optillen van de last. Als je klaar bent om te hijsen, neem je de last op, totdat de ketting strak gespannen staat. De last moet iets worden opgetild en je moet controleren of de last goed vastzit en de beoogde positie inneemt. Betrokken personeel moet zich bewust zijn van de risico's van schommelende en kantelende lasten. Dit is vooral belangrijk bij mandsteken of andere losse stroppen waarbij wrijving de last bijeen houdt.
Samenstellen waarbij niet alle parten worden gebruikt
In principe mag je hijskettingen alleen gebruiken voor het doel waarvoor ze zijn ontworpen. In de praktijk is het soms nodig om te hijsen met een kleiner aantal sprongen dan het aantal sprongen dat de hijsketting heeft. In dergelijke gevallen verminder je de opgegeven WLL van de totale kettingstrop met het percentage uit onderstaande tabel.
Haak niet-gebruikte lengen terug naar de topschalm, om het risico op vrij slingeren of blijven haken te verkleinen wanneer je de last hijst en evt. verplaatst.
Maximale werklast (WLL) reductie percentage
Type hijsketting |
Aantal gebruikte lengen |
WLL reductie percentage |
2-sprong |
1 |
50% |
3- of 4-sprong |
2 |
33,33% |
3- of 4-sprong |
1 |
66,67% |
Maximale werklast (WLL)
Bij het bepalen van de juiste hijsmethode en de keuze van de hijsketting is het belangrijk rekening te houden met de aanbevelingen en de eventuele cumulatieve werklast reducerende factoren. Dit zorgt ervoor dat de te hijsen massa de toegestane WLL niet overschrijdt.
De last neerzetten
Zorg voor een goede voorbereiding van de plek waar de last weer gaat landen. De ondergrond of vloer moet sterk genoeg zijn om de last te dragen. Houd daarbij rekening met eventuele holtes, leidingen enz. die beschadigd kunnen zijn of kunnen instorten. Zorg er ook voor dat er voldoende toegang is tot de locatie en dat deze vrij is van onnodige obstakels en mensen. Gebruik bij voorkeur houten dragers of vergelijkbaar materiaal om te voorkomen dat de hijsketting onder de last bekneld raakt, om de vloer en de lading te beschermen en/of om de stabiliteit van de lading bij het neerzetten te garanderen.
Zet de last voorzichtig neer, waarbij je ervoor zorgt dat handen en voeten vrij blijven. Voorkom dat de ketting onder de last bekneld raakt, dit kan namelijk de last beschadigen. Controleer of de last goed ondersteund en stabiel is, voordat je het neerzet. Dit is vooral belangrijk als er meerdere losse voorwerpen zoals bijvoorbeeld een bundel buizen met gestropte hijsketting(en) of in de mand worden gehesen worden.
Als de last veilig staat, verwijder je de hijsketting voorzichtig. Zo voorkom je dat de last beschadigd raakt of omvalt. De last mag niet uit de ketting worden gerold omdat dit de ketting kan beschadigen.
Opslag van hijskettingen
Wanneer hijskettingen niet in gebruik zijn is het raadzaam deze hangend aan een wandrek o.i.d. te bewaren. Ze mogen niet op de grond blijven liggen, omdat ze dan makkelijk beschadigd kunnen raken.
Als de hijsketting aan een kraanhaak moeten blijven hangen, is het belangrijk om de onderzijde van de lengen terug te brengen naar en te bevestigen aan de topschalm om het risico te verkleinen dat de hijskettingen vrij kunnen slingeren of blijven haken.
Als de hijskettingen enige tijd buiten gebruik zijn, moeten ze gereinigd en gedroogd worden en vervolgens beschermd tegen corrosie, bijvoorbeeld door ze licht in te oliën.
Temperatuurinvloeden op maximum werklast (WLL)
Houd rekening met de maximale temperatuur die de hijsketting tijdens het gebruik kan bereiken. Dit is in de praktijk moeilijk, maar vermijd in elk geval onderschatting van de temperatuur. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de noodzakelijke afwaardering van de werklast vanwege de temperatuur.
Hijskettingen van klasse 8 en 10 worden niet negatief beïnvloed door temperaturen van 200 tot -40°C. Binnen dit bereik is er dus geen vermindering van de maximale werklast nodig. Wil je deze hijskettingen gebruiken bij temperaturen lager dan -40°C, raadpleeg dan Mennens voor advies.
Het gebruik van hijskettingen in klasse 8 en 10 binnen toelaatbare temperatuurgebieden boven 200°C (zie tabel), vereist alleen een tijdelijke vermindering van de maximale werklast (WLL). Als de hijsketting vervolgens bij normale temperaturen wordt gebruikt, geldt de normale maximale werklast weer. Als de hijsketting temperaturen bereikt die de maximaal toegestane waarden volgens de tabel ver overschrijden, is de ketting niet meer bruikbaar. Gooi deze in de recycle-afvalbak of stuur hem terug naar Mennens.
Type Kettingwerk |
Toegestaan percentage van de WLL bij gebruikstemperatuur van |
|||
-40 t/m 200°C |
201 t/m 300°C |
301 t/m 400°C |
>400°C |
|
grade 8 |
100% |
90% |
75% |
niet toegestaan |
grade 10 |
100% |
niet toegestaan |
niet toegestaan |
niet toegestaan |
grade 10+ |
100% |
100% |
100% * |
niet toegestaan |
grade 12 |
100% |
niet toegestaan |
niet toegestaan |
niet toegestaan |
*Klasse 10+ alleen toegestaan tot 380°C
Hijskettingen mogen om dezelfde reden niet warm worden verzinkt of blootgesteld worden aan elektrolytische afwerking zonder toestemming van Mennens.
Zuur
Hijskettingen van klasse 8, 10 en 12 mag je niet onderdompelen in zure oplossingen of blootstellen aan zure dampen.
Chemische invloeden
Mennens moet worden geraadpleegd als de kettingstrop wordt blootgesteld aan chemicaliën in combinatie met hoge temperaturen.
Kennisdossier Veilig Hijsen
Hijsgereedschappen en -middelen correct gebruiken. Lasten aanslaan. Controle, inspectie en keuring. Hoe doe je dit veilig en verantwoord?