Hoe een staalkabel bevestigen?

Installeer de staalkabel op een juiste manier voor veilig gebruik en om uw installatie en product niet te beschadigen. In dit artikel vindt u advies over hoe de haspel met staalkabel moet worden ingeschoren. Advies over hoe de nieuwe kabel moet worden verbonden met de oude kabel voor een juiste installatie. En hoe de nieuwe kabel in gebruik te nemen én hoe de staalkabel indien nodig kan worden gekapt.

De staalkabel moet geïnstalleerd worden volgens een montageplan. Tijdens de montage van de staakabel moeten zijn oorspronkelijke eigenschappen behouden worden. Er moet voorkomen worden dat er draaisel uit de te vervangen kabel overgebracht wordt op de nieuw te monteren kabel.

Let op! Wanneer het uiteinde van de kabel wordt losgemaakt van de haspel of tros, dan moet dit op een gecontroleerde manier gebeuren. Wanneer de kabel wordt losgemaakt kan die met spanning losschieten wat tot schade en/of ongelukken kan leiden.

 

 

Kabel die op een haspel wordt geleverd


De kabelhaspel moet op de grond worden geplaatst en recht worden afgerold. Op deze manier voorkomt u dat de kabel vervuild raakt met stof, gruis, vocht of ander schadelijk materiaal.
Leg de haspel nooit op de flens om de kabel af te wikkelen, hierdoor wordt draaisel in de kabel aangebracht wat tot kinken of kooivorming kan leiden. Als de haspel te groot is om fysiek te handlen, raden we aan om deze in een haspelbok of op een draaischijf af te wikkelen. Hierdoor kan de kabel gecontroleerd worden afgerold. Let wel op dat de haspel geremd moet worden. Ook is van groot belang dat de kabel op de juiste wijze wordt overgewikkeld (nooit kruislings). Bovenwinding naar boven winding en onder winding naar onderwinding.

Voldoende sterke as

Een voldoende sterke as moet door de kern van de haspel worden gestoken. De as moet in een geschikte steun worden geplaatst zodat de haspel kan draaien en kan worden afgeremd om te snel draaien tijdens de installatie te voorkomen.

Wanneer de kabel in meerdere lagen op een trommel wordt gemonteerd, is het advies dit met voorspanning te doen. Dit om te voorkomen dat bij belasting van de kabel de onderliggende laag op de trommel beschadigd raakt. 

Tijdens het bevestigen van de staalkabel moet de haspel recht voor de eerste schijf staan, dit om draaisel in de kabel te voorkomen.

Tijdens het inscheren mag er in de kabel geen tegenover gestelde buiging (S-vorm) ontstaan. Ook voor het overwikkelen van de nieuwe kabel naar de trommel geldt: bovenwinding naar bovenwinding en onderwinding naar onderwinding.

Let op! De haspel waarop de kabel wordt geleverd is meestal niet ontworpen voor het spoelen van de kabel onder spanning en is dus mogelijk niet sterk genoeg. 

Wanneer de kabel zonder spanning op de trommel in de installatie wordt gespoeld, dan moet het onderblok ontlast worden. Na montage is het advies het onderblok met een last van circa 10% van de WLL een aantal maal van boven naar beneden te bewegen. Zeker wanneer het onmogelijk is om de kabel met voorspanning te monteren. De kabel kan zich dan "zetten" op de trommel, wat de levensduur van de kabel ten goede komt.

Hoe een staalkabel verbinden? 


Als de nieuwe kabel wordt geïnstalleerd met behulp van de oude kabel, dan moet dit gebeuren met een kabelvlieter

Het is belangrijk om het risico te verkleinen dat draaisel van de oude naar de nieuwe kabel overgebracht wordt. Dit kan worden gerealiseerd door de kabels te verbinden middels een kunststof lijn van de juiste sterkte en voldoende lengte om het draaisel op te vangen. Een andere oplossing hiervoor is om gebruik te maken van een draaiwartel, die afzonderlijke rotatie tussen de kabels mogelijk maakt. Let op dat deze wel gelagerd is.

Let op! Het is verboden om de nieuwe en oude kabel met elkaar te verbinden door middel van lassen. Het draaisel uit de oude kabel wordt dan in de nieuwe kabel overgebracht. De spanning in de kabel kan zo hoog oplopen dat de kabellas breekt bij het buigen over een schijf.

In gebruik nemen van de staalkabel


Om de levensduur van een kabel te verlengen, wordt aanbevolen om de nieuwe kabel te 'laten inlopen' door de installatie langzaam te laten draaien met een lage belasting (d.w.z. 10% van de WLL) en deze beweging een aantal keer te herhalen. Op deze manier kan de nieuwe kabel zich geleidelijk aanpassen aan de werkomstandigheden. Het is sterk af te raden de nieuwe kabel direct vol te belasten, dit omdat de eerste hijs altijd de gevaarlijkste is, (is alles goed gemonteerd) en om dat alles zich even moet "zetten".

Controleer voor ingebruikname nogmaals of de kabel correct is ingeschoren, zeker wanneer er een voorscheerlijn is gebruikt.

Bij het monteren van een nieuwe kabel in een nieuwe installatie wordt in de meeste gevallen een voorscheerlijn (voorloper) gebruikt. Hierbij is het van groot belang dat de kabel volgens het inscheerschema wordt gemonteerd. In het geval dat er veel draaisel in de oude kabel aanwezig is, is het advies de oude kabel te demonteren met een uitscheerlijn en die lijn te gebruiken voor het inscheren van de nieuwe kabel.

Let op! onvoldoende voorspanning op de onderste laag zal onvermijdelijk resulteren in ernstige slijtage van de kabel en in kabelvervorming. 

 

De kabel op lengte kappen


Gewoonlijk worden kabels aangeleverd op de juiste lengte, met aan de uiteinden een eindverbinding, een gelaste punt (met of zonder schalm) of afgebonden. Als de kabel vóór installatie toch op lengte moet worden gekapt, dan moet de kabel aan beide zijden van het snijvlak worden afgebonden. Dit is vereist om schade en letsel te voorkomen die anders zou kunnen ontstaan door het openspringen van de kabel en/of een veranderende slaglengte.

Eén kabelafbinding (bindsel) aan weerszijden van het snijvlak is meestal voldoende bij voorgevormde (standaard) kabels. Voor niet-voorgevormde, draaiarme, draaivrije staalkabels en parallel-geslagen kabels worden minimaal twee bindsels aan weerszijden van het snijvlak voorgeschreven. De lengte van elke bindsel moet voor een kabel een minimale lengte hebben van 2 x D kabel.

Het doorsnijden moet uitgevoerd worden met een slijpschijf of door middel van een ander geschikt mechanisch of hydraulisch apparaat. Zorg tijdens het kappen van de kabel voor adequate ventilatie om eventuele ontwikkeling van dampen van de kabel en de samenstellende delen te voorkomen.

Let op!

  • Sommige speciaal kabels bevatten synthetisch materiaal dat, wanneer het wordt verhit tot een hoge temperatuur, smelt en gevaarlijke dampen kan afgeven. Zorg voor voldoende afzuiging en ventilatie.
  • Kabel die wordt geproduceerd uit koolstofdraden vormt geen gevaar voor de gezondheid tijdens normaal transport. Tijdens daaropvolgende bewerkingen (zoals slijpen, lassen, schuren, schoonmaken) kunnen stof en dampen ontstaan die wel schadelijk kunnen zijn. Zorg ook hier voor voldoende afzuiging en ventilatie.

Nadat de kabel is doorgeslepen en voorzien van een eindverbinding mogen de bindsels verwijderd worden. Als er op een andere manier voor wordt gezorgd dat de kabel niet kan opendraaien, mag het bindsel ook verwijderd worden.

 

Laat je tijdig informeren over de juiste kabel(samenstelling)


Ben je betrokken bij de assemblage van een hijskraan, -constructie of -installatie? Laat je tijdig informeren over de juiste keuze van de staalkabel. Bij Mennens beschikken we over jarenlange kennis en expertise. 

Neem contact met ons op voor advies over de juiste staalkabel en het gebruik ervan.